Het doel van deze richtlijn is om toegang te bieden tot op tijd gebaseerde en gesynchroniseerde media. Hieronder vallen de volgende media:
louter-geluid
louter-videobeeld
audio-video
audio en/of video in combinatie met interactie
Om het gemakkelijk te maken voor auteur om snel vast te stellen welke succescriteria van toepassing zijn op hun content, wordt het mediatype waar elk succescriterium betrekking op heeft vermeld in zijn korte naam.
Voor louter-geluid of louter-videobeeldmedia, hoeft u alleen die succescriteria toe te passen die "louter-geluid" of "louter-videobeeld" in hun korte naam hebben staan. Als uw media niet louter-geluid of louter-videobeeld zijn, zijn alle overige succescriteria van toepassing.
Media kunnen daarnaast live of vooraf opgenomen zijn. Elk van de korte namen van de succescriteria vermeldt duidelijk of het desbetreffende succescriterium betrekking heeft op live of vooraf opgenomen media.
Gesynchroniseerde media worden in de verklarende woordenlijst omschreven als:
audio of video gesynchroniseerd met een ander format om informatie te tonen en/of met op tijd gebaseerde interactieve componenten, tenzij de media een media-alternatief zijn voor tekst die duidelijk als zodanig is gelabeld
Let wel dat hieronder een audiobestand valt dat vergezeld gaat van interactie, alsook een louter-videobeeldbestand dat interactie met zich meebrengt. Deze worden behandeld, omdat er op een bepaald moment interactie moet plaatsvinden. Het aanbieden van een teksttranscriptie die luidt: "Klik nu voor meer informatie" zou weinig nut hebben, omdat de lezer niet zou weten wanneer er "nu" werd gezegd. In verband hiermee zouden er gesynchroniseerd ondertitels nodig zijn.
Soms is er zoveel dialoog dat audiodescriptie niet in de bestaande pauzes in de dialoog past. De optie op Niveau A om in plaats van audiodescriptie een alternatief aan te bieden voor op tijd gebaseerde media zou toegang bieden tot alle informatie in de gesynchroniseerde media. Deze optie biedt ook toegang tot de visuele informatie in niet-visuele vorm als er om de een of andere reden geen audiodescriptie wordt aangeboden.
Voor gesynchroniseerde media die interactie met zich meebrengen, kunnen er interactieve elementen (zoals links) wordt ingebed in het alternatief voor op tijd gebaseerde media.
Deze richtlijn omvat (op Niveau AAA) ook gebarentaalvertolking voor gesynchroniseerde media en een aanpak die verlengde audiodescriptie heet. In verlengde audiodescriptie wordt het beeld zo nu en dan bevroren, zodat er meer audiodescriptie kan plaatsvinden dan in de bestaande pauzes in de dialoog mogelijk is. In dit geval bouwen succescriteria op hogere niveaus voort op de eisen van succescriteria op lagere niveaus met als doel het hanteren van cumulatieve, progressief sterkere eisen.
1.2.2 Ondertiteling voor doven en slechthorenden (vooraf opgenomen): Er worden ondertitels voor doven en slechthorenden geleverd voor alle vooraf opgenomen audiocontent in gesynchroniseerde media, behalve als het mediabestand een media-alternatief is voor tekst en duidelijk als zodanig is gelabeld. (Niveau A)
A
De bedoeling van dit Succescriterium is om mensen die doof of slechthorend zijn in staat te stellen om gesynchroniseerde mediapresentaties te bekijken. Ondertiteling biedt het deel van de content aan dat via het geluidsspoor beschikbaar is. Ondertiteling geeft niet alleen dialogen weer, maar vermeldt ook wie er aan het woord is en bevat daarnaast niet-gesproken informatie die door middel van geluid wordt weergegeven, waaronder betekenisvolle geluidseffecten.
Erkend wordt dat er nu nog problemen kunnen optreden met het maken van ondertiteling voor tijdsgevoelig materiaal en dit kan ertoe leiden dat de auteur wordt geconfronteerd met de keuze tussen vertraging van de informatie, totdat ondertiteling beschikbaar is, of publicatie van tijdsgevoelige content die niet toegankelijk is voor doven, totdat ondertiteling beschikbaar komt. In de loop der tijd kunnen de instrumenten voor ondertiteling en voor integratie van de ondertiteling in het afleveringsproces dergelijke vertragingen verkorten of opheffen.
Ondertiteling is niet nodig als de gesynchroniseerde media op zich al een alternatieve presentatie vormen van informatie die ook wordt gepresenteerd door middel van tekst op de webpagina. Als informatie op een pagina bijvoorbeeld samengaat met een gesynchroniseerde mediapresentatie die niet meer informatie presenteert dan al in tekst wordt weergegeven, maar gemakkelijker te begrijpen is voor mensen met cognitieve, taal- of leerbeperkingen, zou deze niet ondertiteld hoeven worden, omdat de informatie al als tekst of tekstalternatieven (bijvoorbeeld voor afbeeldingen)op de pagina wordt gepresenteerd.
Zie ook Begrijpen Succescriterium 1.2.4 Ondertitels voor doven en slechthorenden (Live).
Mensen die doof zijn of gehoorverlies hebben, krijgen toegang tot de auditieve informatie in de gesynchroniseerde mediacontent door middel van ondertitels.
gesynchroniseerd visueel en/of tekstalternatief voor zowel gesproken als andersoortige audio-informatie, die bedoeld is om de mediacontent te begrijpen
Opmerking 1: ondertitels voor doven en slechthorenden zijn vergelijkbaar met ondertitels voor dialoog, behalve dat ondertitels voor doven en slechthorenden niet alleen de inhoud van de gesproken dialoog overbrengen, maar ook equivalenten voor andersoortige audio-informatie die nodig is om de programma-inhoud te begrijpen, met inbegrip van geluidseffecten, muziek, gelach, locatie en identificatie van de spreker.
Opmerking 2: gesloten ondertitels voor doven en slechthorenden zijn equivalenten die bij sommige spelers aan- en uitgezet kunnen worden.
Opmerking 3: open ondertitels voor doven en slechthorenden zijn alle ondertitels voor doven en slechthorenden die niet uitgezet kunnen worden. Bijvoorbeeld, als ondertitels voor doven en slechthorenden visueel equivalente afbeeldingen van tekst zijn, ingebed in video.
Opmerking 4: ondertitels voor doven en slechthorenden horen relevante informatie in de video niet onduidelijk te maken of in de weg te staan.
Opmerking 5: in sommige landen worden ondertitels voor doven en slechthorenden ondertitels genoemd.
Opmerking 6: audiodescripties kunnen ondertitels voor doven en slechthorenden krijgen, maar dat hoeft niet, aangezien het beschrijvingen zijn van informatie die visueel al gepresenteerd wordt.
informatie die niet live is
de technologie van geluidsweergave
Opmerking: audio kan synthetisch worden gecreƫerd (met inbegrip van spraaksynthese), opgenomen vanuit echte geluiden of beide.
audio of video gesynchroniseerd met een ander format om informatie te tonen en/of met op tijd gebaseerde interactieve componenten, tenzij de media een media-alternatief zijn voor tekst die duidelijk als zodanig is gelabeld
medium dat niet meer informatie presenteert dan al in de tekst wordt gepresenteerd (direct of via tekstalternatieven)
Opmerking: er wordt een mediumalternatief voor tekst aangeboden voor degenen die baat hebben bij alternatieve representaties van tekst. Mediumalternatieven voor tekst kunnen louter-geluid, louter-videobeeld (waaronder gebarentaalvideo), of audio-video zijn.
Elk genummerd item in deze sectie staat voor een techniek of combinatie van technieken die afdoende wordt beschouwd om aan dit succescriterium te voldoen. Met de genoemde technieken wordt pas aan het succescriterium voldaan indien ze in overeenstemming zijn met de conformiteitseisen.
Bron: How to meet WCAG 2.0, success criterion 1.2.2 (Engelstalig)
Links in deze sectie verwijzen naar Engelstalige content.
G93: Open (altijd zichtbare) ondertitels aanbieden
G87: Gesloten ondertitels aanbieden
gebruik makend van elk algemeen beschikbaar mediaformaat met een videospeler die ondertiteling ondersteuntG87: Gesloten ondertitels aanbieden
gebruik makend van een van de onderstaande technologiespecifieke techniekenSM11: Ondertitels aanbieden door middel van gesynchroniseerde tekststromen in SMIL 1.0 (SMIL)
SM12: Ondertitels aanbieden door middel van gesynchroniseerde tekststromen in SMIL 2.0 (SMIL)
H95: Het track
element gebruiken om ondertiteling aan te bieden (HTML)
FLASH9: Ondertiteling toevoegen aan vooraf opgenomen gesynchroniseerde media (Flash)
SL16: Aanbieden van in script ingesloten (script-embedded) ondertiteling voor MediaElement
content (Silverlight)
SL28: Gebruik van aparte ondertiteling in tekstformaat voor MediaElement
content (Silverlight)
De items in deze sectie gaan verder dan wat is vereist om aan het succescriterium te voldoen. Ze kunnen worden gebruikt om content optimaal toegankelijk te maken.
Gebruik van aanbevolen technieken heeft geen invloed op het niveau van conformiteit dat kan worden geclaimd.
Bron: How to meet WCAG 2.0, success criterion 1.2.2 (Engelstalig)
Links in deze sectie verwijzen naar Engelstalige content.
Een opmerking opnemen die luidt "In deze clip wordt geen geluid gebruikt" bij een louter-video clip (toekomstige link)
SMIL 1.0 gebruiken om ondertiteling aan te bieden voor alle talen waarvoor er geluidssporen zijn (toekomstige link)
SMIL 2.0 gebruiken om ondertiteling aan te bieden voor alle talen waarvoor er geluidssporen zijn (toekomstige link)
Als een 'gangbare fout' uit deze sectie van toepassing is, dan wordt niet aan het succescriterium voldaan.
Bron: How to meet WCAG 2.0, success criterion 1.2.2 (Engelstalig)
Links in deze sectie verwijzen naar Engelstalige content.
F8: Voldoet niet aan Succescriterium 1.2.2 doordat ondertitels een deel van de dialoog of belangrijke geluidseffecten weglaten
F75: Voldoet niet aan Succescriterium 1.2.2 doordat gesynchroniseerde media zonder ondertiteling wordt aangeboden terwijl de gesynchroniseerde media meer informatie presenteren dan er op de webpagina wordt gepresenteerd
F74: Voldoet niet aan Succescriterium 1.2.2 en 1.2.8 doordat een gesynchroniseerd mediumalternatief voor tekst niet gelabeld is als een alternatief
De volgende content op deze pagina heeft de status 'normatief' en is ongewijzigd overgenomen uit het normdocument Webrichtlijnen versie 2: